De laatste weken mogen we getuige zijn van het intellect dat zich de leiding van de fractie van de BBB in de Tweede Kamer mag noemen. Nu wisten we uit de formatie van het inmiddels tweemaal gevallen kabinet dat het duo Van der Plas-Vermeer niet uitblinkt door kennis van zoiets moeilijks als rekenen of economie, maar inmiddels hebben we ook mogen aanschouwen dat meneer Vermeer zijn morele kompas niet kan vinden (hij weet niet hoe het eruit ziet), en dat mevrouw Van der Plas een vreselijke opportunist is.
Behalve intellectuele een-tweetjes met bedorven toetje Keizer over het aangeboren antisemitisme van mensen uit het Midden-Oosten in praatprogramma’s, hebben we intussen mogen aanschouwen hoe het met de staatsrechtelijke kennis van La Plas is. In het debat over de rechts-extremistische rellen die op 20 september in Den Haag plaatsvonden, vond zij het gepast om de afgeschoten asiel-noodwet uit de papiercontainer te vissen en per motie hernieuwd aan de Kamer aan te bieden. De reacties van de fracties in de Kamer was exemplarisch. Mevrouw Plas werd verbaal netjes op haar plaats gezet, verbaal besmeerd met pek, verbaal bestrooid met veren en verbaal heengezonden.
Daarmee zijn we er nog niet. La Plas vindt dat het gebrek aan succes van haar minister Wiersma geheel te wijten is aan Brussel (te ver weg om met moties te bestoken) en de Raad van State. De Raad van State is ’s lands hoogste adviesorgaan, en het is haar taak de Staten-Generaal te behoeden voor ongelukken in de categorie Toeslagenschandaal, Groningen en dergelijke. Het oordeel van de Raad van State over de voorgenomen stikstofwetgeving van Wiersma was populair gezegd: shit. Ofwel: kansloos, onhaalbaar, onjuist, prutswerk. Zeg maar: een Fabertje.
Die vervelende Raad van State moet er dus van La Plas aan geloven. Op zondag 28 september deed ze in WNL Op Zondag een poging. In een zeldzaam moment van onthullende journalistiek kreeg La Plas de vraag over wat haar plannen met de Raad van State waren. Na wat gebrabbel over “politieke benoemingen” en zaken die door de Tweede Kamer beter geregeld zouden kunnen worden in dat benoemingsbeleid, maakte ze de opmerking dat er wel erg veel D66’ers in de Raad van State zitten. Daarop kreeg ze de vraag uit hoeveel leden de Raad bestaat – de interviewer moest haar vertellen dat het er 17 zijn, want La Plas wist het niet. Toen ze de vraag kreeg hoeveel er daarvan van D66-huize zijn, volgde een adembenemende stilte. De interviewer gaf haar het antwoord: dat zijn er precies twee.
Het uitblijven van steekhoudende antwoorden en argumenten is maar één probleem. Het andere, veel gevaarlijkere probleem is de totale onverschilligheid van La Plas toen ze letterlijk met haar handen in de koektrommel betrapt werd. Dat is een belangrijk teken van minachting voor het ambt van volksvertegenwoordiger, een teken van onverschilligheid ten aanzien van de eed die ze bij haar ambtsaanvaarding gezworen heeft, minachting van alle Nederlandse burgers wier belangen ze geacht wordt te dienen, en het allerergste: minachting van de democratische instituties van onze rechtsstaat.
Als het niet zo potsierlijk was zou ik me nog grotere zorgen maken dan ik nu al doe. Ik heb een advies aan het BBB-bestuur, want leden hebben er geen donder te vertellen: verander jullie naam alsjeblieft in KKK. Want dat zijn jullie: politieke brandstichters, vandalen en politieke ambten onwaardigen. Oh ja, voor u over de huppel raakt, KKK staat voor Kletsende Koploze Kippen. Moet u als boerenlandstand toch aanspreken.
Daniël Speetjens is publicist, schrijver en politiek wetenschapper
